close
close

Denk twee keer na voordat je een verjaardag viert met andere Nederlandse Eritreeërs. “Wie is daar?”

Soms wil je gewoon terug naar je roots, zegt Sabrina Girmasion (29). Zij en haar zus Shewat (24) zijn geboren in Nederland, maar hun ouders komen uit Eritrea. Daarom gaan ze regelmatig naar Eritrese feesten, zeggen ze in de ‘hal’ van stichting Gezana in Rotterdam, die zich inzet voor Eritreeërs in Nederland.

Daarom waren de zusters afgelopen zaterdag aanwezig bij de bijeenkomst in Opera Zalencentrum in Den Haag. Maar wat een feest had moeten zijn, veranderde in een avond vol geweld toen een groep tegenstanders van het Eritrese regime de plek aanviel. Ze stenigden de politie, de politieauto’s gingen in vlammen op en het gebouw raakte beschadigd.

Volgens de politie waren er “een paar honderd” relschoppers van Nederlandse, Eritrese of gemengde nationaliteit in Den Haag. Vijftien politieagenten raakten gewond bij de aanvallen, waaronder tanden- en rugletsel. Dertien mensen zijn gearresteerd.

De burgemeester van Den Haag, Jan van Zanen, zei op de hoogte te zijn van de spanningen rond de gebeurtenissen van Eritrese groepen. Hij vroeg zich af “hoe deze signalen gemist konden worden.” Feitelijk volgt het geweld een patroon: voorheen waren er ook aanslagen tegen partijen uit de Eritrese diaspora in Rijswijk, Amstelveen en Zaanstad. Ook Duitsland, de Verenigde Staten, Australië en Israël hebben de afgelopen jaren talloze slachtoffers en gewonden geleden als gevolg van dit soort geweld.

“Je kunt het toch niet vieren met zo’n vlag terwijl je landgenoten het zo moeilijk hebben?” Gebrekristos

Sabrina en Shewat Girmazion zijn bang als ze dit soort feestjes bezoeken, zeggen ze aan de tafel in de middelste kamer. Shewat werd in juli vorig jaar gestenigd in Giessen, Duitsland, toen ze uit de bus stapte op weg naar een festival in Eritrea. Volgens tegenstanders was dit festival nauw verbonden met het Eritrese regime. “Je voelt je bijna een crimineel. Als je veel doet voor de Eritrese gemeenschap, ben je een doelwit”, zegt Shewat.

In salon Gezana in Rotterdam praten ze over wat er in Den Haag is gebeurd. Hier komen dagelijks mensen samen om te praten, te kaarten, koffie te drinken en te poolen. Deze donderdag zijn er ongeveer twintig mensen, van verschillende generaties en met verschillende meningen over het Eritrese regime. Uit de speakers komen vrolijke klanken en de stem van de populaire Eritrese zanger Abraham Afewerki.

Wat vinden mensen van Eritrese afkomst van wat er afgelopen weekend in Den Haag is gebeurd? Heeft geweld invloed op hun leven, en zo ja, hoe? hierover gesproken NRC vorige week met vijftien mensen, zowel voor- als tegenstanders van het regime en mensen die weg willen blijven van de politiek. De meesten van hen zijn Nederlandse Eritreeërs van de eerste of tweede generatie, anderen zitten nog in de asielprocedure.

Verjaardag

Bezorgd om hun veiligheid zeggen de zussen dat ze twee keer nadenken voordat ze met Nederlandse Eritreeërs naar verjaardagsfeestjes gaan. “Wie is daar?” zegt Sabrina. ‘Zijn dat mensen uit Birged Nhamedu?’

De internationaal opererende Eritrese antiregimegroep Birged Nhamedu zou vier jaar geleden ook een vestiging in Nederland hebben opgericht. Aanhangers van deze groep zijn boos dat westerse landen bijeenkomsten toestaan ​​die naar hun mening fungeren als indoctrinatiepartijen voor het totalitaire regime van president Isaias Afewerki. Volgens de politie zat Birged Nhamedu ook achter berichten op sociale media, waarin mensen werden opgeroepen geweld te komen gebruiken in de aanloop naar het feest in Den Haag.

De leider van de groep is een man die opereert onder de naam ‘John Black’. Hij woont in Nederland en plaatst opruiende video’s op TikTok. Volgens Black is geweld noodzakelijk. “De (Nederlandse) politie weet dat deze mensen (van de partij) de dictatuur steunen”, zegt hij in een video. “We moeten elke politieagent die handelt vernietigen. (…) Als we vreedzaam waren, zouden we het nog steeds doen’Onderstaand! Onderstaand! Jesaja!‘ze schreeuwen’. Volgens hem hebben eerdere geweldloze protesten niets veranderd.

Stichting Gezana te Rotterdam.
Foto Hedayatullah in het midden

Door het geweld worden Eritrese Nederlanders soms anders gezien, zeggen ze in de hal van stichting Gezana. Alsof ze verantwoording moesten afleggen voor het gedrag van de relschoppers. Een man die in de bouw werkt – en anoniem wil blijven – vertelt aan de telefoon dat iedereen stil werd toen hij naar zijn werk kwam. “We hebben ’s ochtends een kwartiertje de tijd om koffie te drinken. Niemand zei hallo. Ik ging gewoon aan het werk. Sommige collega’s vertellen me nog steeds niets.”

Kunstenaar Saron Tesfahuney, 26, die elf jaar geleden naar Nederland vluchtte, vertelt telefonisch dat ze nergens heen kon toen ze onlangs haar dochter wilde dopen. “Niemand wilde mij een woning verhuren.” Ze denkt dat de eigenaren terughoudend zijn, omdat ze bang zijn voor rellen. Hij vraagt ​​zich af waar de relschoppers nog meer toe in staat zijn.

Er is echter ook kritiek op de Haagse bijeenkomst. Gebrekristos, een dertiger, vindt bijeenkomsten als die van afgelopen zaterdag, waar de Eritrese vlag trots wapperde, vreemd, vertelt hij aan de telefoon. Hij arriveerde twee jaar geleden in Nederland; Om zijn gezin te beschermen wil hij alleen zijn achternaam in de NRC hebben. “Je kunt het toch niet vieren met zo’n vlag terwijl je landgenoten het zo moeilijk hebben?” Gebrekristos maakte mee dat de Eritrese regering een totalitair regime werd met eindeloze dienstplicht, wat de Verenigde Naties dwangarbeid noemen.

Lees ook
In Eritrea ging het mis toen de bevrijders de rol van politici op zich namen

Eritrese vrouwen werken in een fabriek in de hoofdstad Asmara.

Onafhankelijkheid

De verschillen binnen de Eritrese gemeenschap (in Nederland wonen bijna 27.000 mensen van Eritrese afkomst) zijn groot. Sommigen van hen ontvluchtten hun geboorteland vóór 1991, het jaar waarin de oorlog tegen de Ethiopische bezetting eindigde. Dat geldt bijvoorbeeld voor Teklit Girmazion, de vader van Sabrina en Shewat, die met de zussen in het midden aan tafel zit. Hij is een groot voorstander van het regime; De zussen zijn kritischer, zeggen ze. Teklit arriveerde begin jaren negentig in Nederland, na dertien jaar te hebben gevochten voor de onafhankelijkheid van Eritrea. Toen hij aankwam, had hij ‘twaalf kogels in zijn lichaam’. Sporen ervan zijn nog steeds te zien op zijn rechterwang en de achterkant van zijn nek.

Veel vluchtelingen van deze generatie maakten deel uit van het gewapende verzet in Eritrea, vertelt Binyam Andebrhan aan de telefoon. Hij is directeur van Nieuwlander, een organisatie die vluchtelingen ondersteunt. Deel uitmaken van de EPLF, de groep onafhankelijkheidsstrijders, werd een belangrijk onderdeel van de identiteit van sommige van deze Eritrese vluchtelingen in Nederland, zegt hij. Zo wil Teklit Girmazion de journalist graag laten opmerken dat Eritrea, in tegenstelling tot Nederland, geen loonkloof kent.

Daarnaast is er een groep mensen die na de onafhankelijkheidsverklaring in 1993 vluchtte voor het geweld van het Eritrese regime. Vluchtelingen zoals Gebrekristos. “De Eritrese gemeenschap was al verdeeld. Wat er afgelopen weekend gebeurde, ligt daar in het verlengde van”, zegt Binyam Andebrhan.

Stichting Gazana te Rotterdam
Foto Hedayatullah in het midden

Indoctrinatie

Terwijl zij het geweld in Den Haag veroordelen, zijn de mensen met wie de NRC sprak over vrijwel al het andere verdeeld. Wie waren bijvoorbeeld de mensen in de feestzaal? En wat voor evenement was het precies?

Onafhankelijke onderzoekers wijzen erop dat culturele evenementen kunnen fungeren als een methode van indoctrinatie voor het regime. Er gaan ook geruchten dat er op dergelijke bijeenkomsten geld wordt ingezameld voor het regime. Daarom moeten de mensen die daar naartoe gaan aanhangers van het regime zijn, zeggen tegenstanders.

De tafel in de huiskamer van de Gezana Foundation raakt steeds voller. Mensen praten onophoudelijk en onderbreken elkaar regelmatig. Zij willen duidelijk maken dat zij menen dat dit onjuist is. Volgens hen zijn de relschoppers geen Eritreeërs, maar mensen uit Tigray. De politie zegt er niets over. Tigray is een Ethiopische staat waarmee Eritrea een gewelddadige strijd heeft gevoerd. Het was de dodelijkste oorlog van 2022: ruim een ​​half miljoen burgers kwamen om.

Shewat Girmazion zegt over de bijeenkomst in Den Haag: “Het was gewoon een cultureel feest, we hadden helemaal geen tijd om over politiek te praten. Er wordt gezegd dat we pro-regime zijn omdat we de Eritrese vlag voeren. Maar ik hou van Eritrea, welke vlag moet ik gebruiken?” Ook ontkent hij dat er geld is ingezameld voor het regime.

Een oudere man die anoniem wil blijven en voorstander is van het regime, zegt dat Eritrea nog niet klaar is voor vrije verkiezingen. “Het land is net uit een oorlog gekomen en moet eerst economisch stabiel zijn.”

Anderen begrijpen de standpunten van de relschoppers. Gebrekristos: “Ik sprak deze week met Eritreeërs en zij zeiden: tot afgelopen zaterdag wisten veel Nederlanders niet eens van ons bestaan. “Dit verschrikkelijke incident heeft mensen bewust gemaakt van de situatie in ons land.”

Habtom Yohannes, journalist en promovendus aan de Radboud Universiteit in Nijmegen, is het niet eens met de werkwijze van de relschoppers. ‘Maar ik begrijp je gevoelens’, zegt hij aan de telefoon. Yohannes komt oorspronkelijk uit Eritrea en verzet zich openlijk tegen het regime. Deze week betoogde hij in een opiniestuk in de NRC dat er in Nederland geen plaats mag zijn voor ‘vieringen ter ere van de Eritrese dictatuur’. Telefonisch: “Volgens deze jongeren doet de internationale gemeenschap niets aan mensenrechtenschendingen. Vervolgens nemen ze het heft in eigen handen. Zelfs met geweld.”

Yohannes vreesde voor zijn leven vanwege zijn uitgesproken kritiek op het regime, zegt hij. Hij zei dat hij een pieper bij zich moest hebben waarmee de politie voortdurend zijn locatie kon zien, omdat hij werd bedreigd door aanhangers van het regime. Volgens hem wordt het conflict in Nederland steeds heviger. “Die jongeren zeggen: wat heb jij vreedzaam bereikt?”

Nieuwlander-directeur Binyam Andebrhan meent dat de relschoppers vooral kwetsbare jongeren zijn. Ze zijn getraumatiseerd door wat ze in Eritrea hebben meegemaakt en kunnen hun plek in Nederland niet vinden. ‘En dan zien ze hier mensen die het regime verheerlijken. Op sociale netwerken zien ze mensen die er tegen zijn. Zo kom je er in. En opeens sta je daar met stenen en stokken.”

Shewat en Sabrina Girmazion geven Birged Nhamedu de schuld, die de beschadigde jeugd ophitst. “Die jongens zijn net in Nederland aangekomen en gooien meteen hun kans weg om hier met zoveel geweld een leven op te bouwen.”




Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *